Paragrafen

Financiering

In deze financieringsparagraaf behandelen wij de voornemens voor 2022 op het gebied van het treasurybeleid. Wij gaan onder andere in op de belangrijkste ontwikkelingen en de beleidsvoornemens, de interne rekenrente, de verwachte financieringsbehoefte, de stand van de leningenportefeuille en het risicoprofiel.

Wettelijk kader
De uitvoering van de gemeentelijke financieringsfunctie vindt plaats binnen de kaders die gesteld zijn in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) en de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo).
In de Wet fido staat risicobeheersing en transparantie centraal. Risicobeheersing richt zich op renterisico´s, kredietrisico´s en valutarisico´s (de laatste twee risico´s zijn voor de gemeente Nieuwegein nauwelijks of niet van toepassing). De transparantie komt tot uitdrukking in de voorschriften voor een verplicht financieringsstatuut en een financieringsparagraaf in de begroting en in de jaarrekening. De Ruddo beperkt zich tot regelgeving omtrent het uitzetten van gelden.
In het financieringsstatuut staan de kaders van het treasurybeleid, in de financieringsparagraaf geven we de richting van het beleid aan.

Ontwikkelingen en beleidsvoornemens
Van een voorheen beleggende gemeente is Nieuwegein sinds 2009 een per saldo lenende gemeente geworden, als gevolg van de vele en grote investeringen die zijn gedaan. Maar met name door het hoge tempo van grondverkopen in het Klooster is sinds 2016 een liquiditeitsoverschot ontstaan wat, tegen 0%, is gestald bij het Rijk. Het liquiditeitsoverschot is echter tijdelijk, omdat er nieuwe, grote investeringen op stapel staan.
De marktrente is al jaren steeds verder gedaald, naar ongekend lage niveaus. Dit had echter in eerste instantie geen direct voordelig effect voor de gemeente, doordat onze rentelasten al vastlagen in eerder afgesloten langlopende contracten. Een deel hiervan is inmiddels afgelost en voor 2022 is de gemiddeld te betalen rente over de nu nog lopende aangetrokken geldleningen gedaald naar 1,7%. Met de in 2021 en in 2022 nog nieuw af te sluiten leningen zal het gemiddelde rentepercentage over het totaal nog verder dalen, we verwachten de aflopende contracten te kunnen herfinancieren tegen een beduidend lagere rente. Ook hebben we gebruik gemaakt van de mogelijkheid om leningen met een uitgestelde storting aan te trekken, daarmee daalt het gemiddelde rentepercentage voor gecontracteerde leningen naar 1,6%. Daarnaast maken gebruik ook van leningen met een korte looptijd, de kasgeldleningen. Dit uiteraard binnen de grenzen van de wettelijk toegestane norm, de kasgeldlimiet. Het financiële voordeel dat hierdoor ontstaat is in de begrotingscijfers verwerkt.

Hoewel de rente al een aantal jaren historisch laag is en de economische vooruitzichten door de coronacrisis verslechterd zijn, willen we prudent ramen en in de begroting toch rekening houden met een in de toekomst weer stijgende rente voor lang geld. Vooral in latere jaren neemt de onzekerheid sterk toe en bovendien wordt er fors geïnvesteerd en geherfinancierd. Het is daarom gewenst voor die periode behoedzaam te ramen. In de begroting gaan we er nu vanuit dat de korte rente, die nu al enige jaren negatief is, over twee jaar niet meer negatief zal zijn maar op 0,25% tot 1% uitkomt. En voor de rente voor langlopende gelden over de jaren 2022-2025 hebben we een oplopende reeks geraamd, van 0,25% in 2022 naar uiteindelijk 1% in 2025.

Interne rekenrente / omslagrente
Met ingang van 2018 is de BBV-Notitie rente in werking getreden. Doelstelling van deze notitie is het bevorderen van een eenduidige handelwijze met betrekking tot rente door gemeenten (harmonisering), stimuleren dat gemeenten de (verwachte) werkelijke rentelasten opnemen in de begroting en de jaarstukken.

De werkelijke rentelasten worden doorbelast aan de taakvelden (investeringen en kostendekkende producten) door middel van de omslagrente. De omslagrente is voor 2022 bepaald op 1%.
Deze omslagrente wordt berekend door de werkelijke rentelasten te delen door de boekwaarde per 1 januari van de vaste activa die integraal zijn gefinancierd. Dit rentepercentage is derhalve gekoppeld aan de werkelijke rentelasten, maar ligt altijd lager dan het gemiddelde percentage van de daadwerkelijk betaalde rente (1,7%), aangezien er geen rente over de eigen financieringsmiddelen wordt toegerekend.

De afgelopen jaren liet de omslagrente een dalende trend zien: In 2018 werd omslagrente verlaagd van 3,5% naar 2%. De jaren daarna is dit percentage verder verlaagd. Voor 2022 is de interne rekenrente afgerond 1,0%. Op basis van dit percentage zijn de kapitaallasten in de begroting 2022 berekend.

In Nieuwegein hanteren we alleen totaalfinanciering, we maken géén gebruik van projectfinanciering (waarbij voor specifieke projecten expliciet financiering wordt aangetrokken en de rente daarvan rechtstreeks wordt toegerekend aan het betreffende project).

Onderstaand het renteschema 2022 zoals door de commissie BBV is aanbevolen:

Financieringsbehoefte en schuldpositie
Op basis van de huidige leningenportefeuille en deze meerjarenbegroting ontstaat onderstaande financieringsbehoefte. Hierbij wordt aangetekend dat één en ander mede afhankelijk is van het tempo van uitvoering van geplande investeringen.

 Bedragen in duizenden euro’s per 31-12

2022

2023

2024

2025

omvang totale  leningenportefeuille per 31/1

161.500

165.200

182.200

185.500

rentelasten

2.646

2.544

2.107

1.823

Op basis van die aannames groeit de schuldpositie de komende jaren van € 161 miljoen naar € 185 miljoen. Zie voor een toelichting van de kengetallen de paragraaf weerstandsvermogen.

Risicoprofiel

Renterisico en kasgeld
Onder renterisico wordt verstaan de mate waarin het saldo van de rentelasten en de rentebaten verandert als gevolg van wijzigingen in het rentepercentage op leningen en uitzettingen.

Ter beheersing van het renterisico op kortlopende schulden is in de Wet fido de kasgeldlimiet opgenomen. Deze limiet (8,5% van het begrotingstotaal) is ingesteld om te voorkomen dat gemeenten teveel kort geld lenen, waardoor bij een sterke stijging van de rente de rentelasten ineens sterk zouden toenemen. Voor Nieuwegein bedraagt de kasgeldlimiet voor 2022 ongeveer € 19 miljoen. We zullen voldoen aan de wettelijke vereisten hiervoor.   

Ter beheersing van het renterisico op langlopende schulden is de renterisiconorm ingesteld. Deze norm beoogt een zodanige opbouw van de leningenportefeuille dat het renterisico als gevolg van rente-aanpassing en herfinanciering van leningen wordt beperkt. De renterisiconorm bedraagt 20% van het begrotingstotaal. Dat betekent dat in enig jaar 20% van het begrotingstotaal mag worden vernieuwd (herfinanciering en / of renteherziening).
Voor Nieuwegein bedraagt deze norm in 2022 € 40 miljoen  terwijl er de komende jaren maximaal €
26 miljoen per jaar moet worden afgelost. Ook voor de jaren erna kunnen we aan deze norm voldoen, omdat er bij de opbouw van de portefeuille is gestreefd naar voldoende spreiding in vervaldata.

Kredietrisico
De omvang van de portefeuille Lang belegde gelden van de gemeente zal in 2022 circa € 4 miljoen bedragen. De portefeuille bestaat uit een lening aan een verbonden partij, een tweetal kleinere aan lokale instellingen uit oogpunt van maatschappelijk nut en leningen aan starters/doorstromers. De risico's op deze beleggingen zijn bijzonder laag. Ook op de laatstgenoemde, voor de startersleningen geldt namelijk ook de Nationale Hypotheekgarantie.  

Behoudens kleinere uitzettingen uit oogpunt van maatschappelijk nut mogen vanaf eind 2013 overtollige gelden alleen nog maar bij het rijk of lagere overheden worden belegd. Het risico van dat laatste is natuurlijk minimaal.

Deze pagina is gebouwd op 10/22/2021 10:02:36 met de export van 10/22/2021 09:56:12